Koolmees, de bekende Nederlander

De koolmees is zo’n beetje de bekendste broedvogel van Nederland, ze zijn hier en in de rest van Europa in groten getale aanwezig. Herkenbaar aan hun gele borst met zwarte streep in het midden, en glanzend zwarte kop met witte wangen, zingen ze er vrolijk op los.

Koolmezen kun je door het hele land vinden behalve op open plekken zonder bomen. Ze leven namelijk het liefst in bosrijke gebieden maar zijn ook te vinden in tuinen en parken. Als er voedsel en nestgelegenheid te vinden is, dan is een koolmees al snel tevreden. Boomholtes, schuurtjes en dichte heggen en/of struiken zijn de favoriete plekjes om een nest in te bouwen. Ze maken dankbaar gebruik van nestkasten, soms zijn ze er zelfs afhankelijk van. Door in je tuin een inheemse boom, wat inheems struikgewas en een nestkast te plaatsen krijg je bijna de garantie dat je bezoek krijgt van op z’n minst één koolmees. Houd er wel rekening mee dat katten niet bij de nestkast kunnen komen.

Op het menu van de koolmees staan vooral kleine insecten en zaden. Ze eten veel rupsen, zeker in het voorjaar als er jongen zijn. Het aantal rupsen dat ze eten kan dan in de duizenden lopen. Anders dan de andere vogels bij Natuur in de Wijk, is de koolmees een standvogel. Dit betekent dat hij het hele jaar door in Nederland verblijft. Ook in de winter. 

Wil jij de koolmees helpen? Bekijk dan hieronder de ophanginstructies voor de koolmeeskast.

Koolmees
Ophanginstructie koolmeeskast

Ophanginstructie koolmeeskast

  • Hang de kast op minimaal 2 meter hoogte stevig aan een gebouw, schutting of boom.
  • Hang de kast op een rustige plek met weinig verstoring door de mens.
  • Hang de invliegopening naar het noorden, noordoosten of oosten. Zo hangt de kast beschut tegen wind, regen en zon.
  • Zorg ervoor dat er geen takken recht voor de invliegopening van de kast hangen.
  • Houd katten uit de buurt van de kast.
  • Indien je meerdere kasten voor de koolmees plaatst houd dan een onderlinge afstand van 10 meter aan.
  • Verplaats de nestkast wanneer deze twee seizoenen onbewoond is.

Onderhoud

Een keer per jaar volstaat, bij voorkeur in het najaar. Haal het nestmateriaal uit de kast en borstel deze schoon met kokend water.

En verder?

Onze bekende vriend ontvangt graag een beetje hulp in koude perioden. Dit kun je doen door ze bij te voeren. Met wat vetbollen, ongebrande en ongezouten pinda’s en zonnebloempitten zijn ze al veel geholpen. Denk ook aan een schaaltje water waar ze kunnen drinken en badderen. Voeg geen zout of suiker toe aan dit water. Hoewel het de bevriezing tegen gaat, doet het de vogels absoluut geen goed.

Koolmees
Koolmeeskast
© Orbis natuur | landschap | klimaat